van visie naar uitvoering
Klimaatadaptatie komt steeds hoger op de agenda van gemeenten. Toch is een succesvol beleid nog te veel afhankelijk van individuen en valt er nog een wereld te winnen op het gebied van een integrale aanpak. Petra Thijs, adviseur bij Kragten, merkt in de dagelijkse praktijk wat er beter kan, maar ook waar een goede aanpak toe kan leiden.
Tekst Manon van Ketwich
Petra Thijs
Petra Thijs is de schakel tussen techniek en beleid. Ingewikkelde materie maakt ze begrijpelijk voor bestuurders, beleidsmakers en projectleiders. Ze merkt dat de bewustwording rond klimaatvraagstukken steeds groter wordt, hoewel de kennis rond hitte en droogte nog tekortschiet. Daarnaast is nog lang niet overal het besef doorgedrongen dat een integrale aanpak leidt tot betere resultaten met meer draagvlak.
Van inventarisatie naar visie
Thijs haalt een project aan dat ze begeleidde in Son en Breugel. “De gemeente wilde een klimaatvisie opstellen. Het is alweer 6 jaar geleden, Son en Breugel was in vergelijking met andere gemeenten erg vroeg met het maken van klimaatbeleid. De stresstesten, zoals die nu inmiddels overal zijn opgesteld, stonden toen nog in de kinderschoenen.” Thijs en haar collega’s brachten eerst het watersysteem van de gemeente in beeld, verschillende situaties op het gebied van hitte, droogte, wateroverlast en waterveiligheid werden in kaart gebracht waardoor zicht kwam op kwetsbare locaties in het gebied. Vervolgens werd de volgorde in prioriteiten bepaald. Deze inventarisatie leidde tot een visie. “Daarin stond hoe de waterstructuur aangepast zou moeten worden. In dit proces schoven niet alleen de waterdeskundigen aan, maar alle disciplines die direct of indirect met klimaatvraagstukken te maken hebben. Met elkaar bepaalden we een aanpak voor hoe je omgaat met kwetsbaarheden in het grotere systeem. Tot dan toe vierde het postzegeldenken hoogtij, daarnaast was hitteproblematiek nog niet aan de orde.”
Taal van de betrokkenen
Om zo veel mogelijk draagvlak te creëren werd een aantal werkplaatsen georganiseerd waar verschillende stakeholders voor werden uitgenodigd, waaronder seniorenorganisaties en het IVN. Om in beeld te krijgen welke partijen aan tafel moesten komen deed Kragten eerst een stakeholderanalyse. “Dit project werd geïnitieerd vanuit de gemeente. Wij hebben ze gestimuleerd om verschillende partijen te betrekken, waaronder burgers, die vaak onvoldoende weten van de materie.
Een goede mix aan tafel is belangrijk, betrek stakeholders vanuit economie, vanuit mobiliteit, ruimte en het sociaal domein. Daar krijg je goede discussies van.” Thijs adviseert om, naast de stakeholderanalyse, een netwerkje op te bouwen. Zoek naar mensen met een mening en een variatie in leeftijd. Vaak kennen die weer anderen en zo gaat het balletje rollen.” Voor degene die het proces begeleidt, of dat nu iemand van de gemeente is of zoals Thijs van een adviesbureau, is het belangrijk om zo goed mogelijk de taal van de betrokkenen te spreken. “Klimaatvisies en beleid worden bij de kleinere gemeenten vaak geïnitieerd vanuit de waterhoek. Dat zijn over het algemeen techneuten die minder affiniteit hebben met processen en communicatie.
En dit terwijl de gedragsverandering op het gebied van klimaat voor een groot gedeelte geënt is op proces en communicatie. De vraag die we ons dan ook moeten stellen is of het klimaatvraagstuk door de waterdeskundige binnen een gemeente getrokken moet worden?” Thijs is van mening dat andere beleidsvelden hierin meer kunnen bereiken.
Politiek
Son en Breugel is een van de schoolvoorbeelden van hoe je integraal te werk gaat. Hoe komt het dat juist daar klimaat zo hoog op de agenda staat? “Er was hier niet echt urgentie. Maar wel een wethouder met een groen en duurzaam hart die een positieve inbreng heeft gehad op dit onderwerp. Dat is ook wel een boodschap voor de welwillende ambtenaar: je moet zorgen dat je de politiek mee hebt. Het heeft sowieso tijd nodig om bewustwording te creëren. Iedereen merkt dat er steeds meer urgentie komt, de media spelen daar ook op in. Tegelijkertijd spelen er heel veel opgaven. Het is heel goed mogelijk om die samen op te laten gaan, een integrale aanpak is echter complex. Je moet samen op zoek gaan enerzijds het multifunctioneel ruimtegebruik en anderzijds naar de extra waarden die maatregelen in onze groene en blauwe omgeving opleveren voor de mens (bijvoorbeeld mentale en fysieke gezondheid), de natuur (bijvoorbeeld zuivering van lucht en biodiversiteit) en de economie (bijvoorbeeld vestgingsklimaat en werkgelegenheid). Hierdoor kun je een heel andere discussie voeren, wat levert het op in plaats van wat kost het.”
Bouwteam
Wederom een voorbeeld uit Son en Breugel. Daar was een slecht onderhouden sloot in De Gentiaan toe aan renovatie. Zo moest de beschoeiing vervangen worden evenals een bruggetje. Met de ambitie uit de klimaatvisie in het achterhoofd werd het project veel breder opgepakt. Een uitgebreid participatietraject werd opgetuigd. Bewoners waren het erover eens dat dit stukje uit hun wijk geen prettige locatie was. Door in te zetten op spelen en beleving, en tegelijkertijd iets te doen aan hittestress en wateroverlast, werd het een fijne plek waar tot op heden veel gebruik van wordt gemaakt. Een bouwteam stond aan de basis van de integrale aanpak. “Hierdoor ben je naar mijn mening innovatief bezig. Het geeft ruimte aan vernieuwing en je krijgt een betere onderlinge afstemming”, somt Thijs de voordelen op.
“Uiteindelijk doe je het voor de burgers, die moet je dus serieus nemen. Naar mijn mening gebeurt dat nog te weinig. Het is nog te veel een kwestie van wij tegen jullie.”
“Tegenwoordig gebeurt er gelukkig steeds meer rond klimaatadaptatie, maar ik zie veel verschillen tussen gemeenten. Er worden veel mooie dingen gecreëerd, maar ook veel standaard oplossingen gekozen. Ik vind het belangrijk dat we proberen elkaar te verstaan. Weet wat er speelt in jouw gemeente. Uiteindelijk doe je het voor de burgers, die moet je dus serieus nemen. Naar mijn mening gebeurt dat nog te weinig. Het is nog te veel een kwestie van wij tegen jullie.”
En als die burger dan serieus genomen wordt, is het vervolgens zaak om te focussen op waardecreatie. “Probeer meerdere opgaven te combineren, betrek ook het sociaal domein. Maak de baten van een project inzichtelijk, dan krijg je een heel andere discussie dan wanneer je je alleen op de kosten richt.”