Interview

‘We moeten ons altijd afvragen: wat is het economisch belang?’

Door Guus Puylaert


Smart mobility biedt een heleboel mogelijkheden. Maar voor een toekomstscenario waarin men woont in Berlijn, werkt in Amsterdam en winkelt in Parijs, moet je niet bij Carlo van de Weijer aankloppen. “Dat noem ik stupid mobility.” Volgens de directeur ‘Smart Mobility’ van de TU Eindhoven moet het economisch belang altijd centraal staan. “We moeten van meer en sneller naar leuker en veiliger.”

De mediagenieke onderzoeker Van de Weijer heeft een uitgesproken mening en reist de hele wereld af om lezingen te geven over nut en noodzaak van smart mobility. “Met data en technologie kunnen we een heleboel hedendaagse problemen oplossen”, vat hij de essentie van smart mobility samen.


Smart mobility staat voor Van de Weijer voor een volledig duurzaam mobiliteitsstelsel. Momenteel is het systeem nog verre van duurzaam. “De gehele economische mobiliteitsschade in Nederland bedraagt zo’n 25 miljard euro per jaar. Als alles smart zou zijn, kan dat richting 0 euro. Dus er is werk aan de winkel.”

Een studententeam van TU Eindhoven won onlangs voor de vierde keer de World Solar Challenge in Australië. Foto door: Bart van Overbeeke Fotografie

Veiliger en schoner

Door smart mobility te relateren aan de economische schade, kunnen we volgens Van de Weijer bepalen wat wel en niet noodzakelijk is. De grootste kostenpost bedraagt het aantal verkeersongevallen: momenteel komen zo’n zeshonderd mensen per jaar om in het verkeer en daarboven op nog tienduizenden gewonden. “Kosten voor de maatschappij bedragen zo’n vijftien miljard per jaar, los van de enorme emotionele schade. De helft van de ongelukken hadden we kunnen voorkomen met technologie die nu al op de plank ligt.” Van de Weijer is dan ook erg te spreken over de nieuwe EU-wetgeving, waarin staat dat nieuw verkochte auto’s vanaf 2022 verplicht over de nieuwste veiligheidssystemen moeten beschikken.


Op plek twee staat de vervuiling, maar die kostenpost zal ook snel dalen. “Innovatie kost bij aanvang veel geld, maar over een jaar of tien is een elektrische auto veel goedkoper dan een voertuig met verbrandingsmotor. Dat zit vooral in de onderhoudskosten, de lagere brandstofkosten en de langere levensduur. Daarmee los je tegelijk een belangrijk deel van de vervuiling op. Maar een EV gaat dus vooral winnen omdat hij goedkoper is.”

‘Als alle mobiliteit smart zou zijn, gaat de economische schade richting 0 euro. Dus er is nog werk aan de winkel.'
‘Ik vind het echt schandalig dat we nog wegen bijbouwen, zolang er mensen omkomen in het verkeer’

Files een non-discussie

Dan economische kostenpost nummer drie: congestie. Van de Weijer zucht. Een non-discussie, noemt hij het: “Als mensen files echt zo erg vinden, zouden ze er niet instaan. Blijkbaar vinden ze het niet erg genoeg. Ik vind het echt schandalig dat we nog wegen bijbouwen, zolang er nog mensen omkomen in het verkeer. Dat is voor mij echt een no brainer: investeer eerst eens in veilige wegen. De filekosten voor de maatschappij bedragen ‘slechts’ een miljard, veel minder dan de bovenstaande problemen die dus ook meer prioriteit verdienen.”


Om het fileprobleem op te lossen hoeven we de files niet aan te pakken, maar het probleem, stelt hij. Door de technologische ontwikkelingen kunnen we onze reistijd namelijk efficiënter benutten. “Als de auto functies van de chauffeur overneemt, is filerijden een stuk minder erg. Vroeger ging ik dertig minuten eerder van huis om file te vermijden, maar met mijn zelfrijdende Tesla kan ik mijn werkmail beantwoorden terwijl ik in de file sta. Door die efficiëntie is het probleem weg.”

Meer reizen niet nodig

Een andere non-discussie vindt hij dat we steeds meer en sneller moeten kunnen reizen. “Al sinds de mensheid de grotten verliet zetten we zo’n tienduizend stappen per dag en zijn we ruim een uur per dag onderweg. Dat is de essentie van mobiliteit. We hebben dan wel meer middelen gevonden om verder te reizen, maar we zijn nooit minder gaan reizen. Dat uur per dag moeten we zo efficiënt mogelijk inrichten. Dat is altijd zo geweest en zal altijd zo blijven.”


Meer reizen heeft economisch gezien geen enkele functie, zegt Van de Weijer. “Doordat de actieradius van mobiliteit steeds groter wordt, kunnen mensen op grotere afstand wonen en werken. De gemiddelde actieradius is daardoor gegroeid tot voorbij de vijftig kilometer per dag. Als je daarbinnen geen werk kunt vinden, moet je je misschien afvragen of dat niet aan jezelf ligt en het tijd is voor omscholing.”


In vervoersystemen die het mogelijk maken om in korte tijd ver te kunnen reizen, ziet hij dan ook geen toekomst. Hij noemt de hyperloop als voorbeeld. “Waarom zouden we dat willen? Zo creëer je meer reisbewegingen en bovendien landschapsvervuiling. Dat noem ik stupid mobility. Ik vind het bewonderenswaardig wat studenten ontwikkelen, maar dat systeem zou geen mobiliteitsproblemen oplossen, alleen extra overlast creëren.”

‘Al sinds de mensheid de grotten verliet, zetten we zo’n 10.000 stappen per dag en zijn we ruim 1 uur per dag onderweg. Dat is de essentie van mobiliteit.’

Het zicht van een autonome auto in het verkeer. Foto door: Bart van Overbeeke Fotografie

Ontwrichtend

Slimme automobiliteit gaat de maatschappij in de toekomst ontwrichten, stelde Van de Weijer eens in een interview. Ook daar ligt een economisch belang aan ten grondslag, vertelt hij nu. “Nu al is het goedkoper om alle studenten een private leaseauto te geven dan een OV-jaarkaart. Stom idee, maar het zou wel een besparing zijn. Bovendien ligt de waardering van het ov veel lager dan die van de auto: mensen willen hun eigen ruimte hebben, dat zit in onze natuur. De elektrische auto gaat in de toekomst minder dan tien cent per reizigerskilometer kosten.” En als auto’s schoner en veiliger worden, ziet hij de weerstand ertegen nog verder afnemen.


Daardoor zullen we minder een beroep doen op ov. “Vroeger reisde ik veel met de trein naar mijn werk, maar tegenwoordig eigenlijk nauwelijks meer. Mijn Tesla is zelfrijdend in files en ik kan de accu in een kwartiertje opladen, terwijl ik ondertussen mijn mail beantwoord. Uiteindelijk heb ik net zoveel werktijd over. Ik had een leasecontract voor 20.000 kilometer, maar voor 30.000 kilometer bleek ik slechts 8.4 cent per kilometer meer te hoeven betalen. Dat toont aan hoe laag de marginale kosten zijn bij elektrisch rijden. Voor de trein betaal je 20 cent per kilometer. Daarnaast ben je minder afhankelijk van externe factoren: je hoeft minder te switchen naar andere modaliteiten.”

‘Volledig zelfrijdend? Zie ik niet gebeuren’

De automotivebranche zit nu op level twee. Een volledig autonome auto zou level vijf zijn, maar volgens Van de Weijer is dat helemaal niet nodig. “Ook mijn zelfrijdende Tesla is level twee. In de loop van 2020 wordt wetgeving aangenomen waardoor je in de file tijdelijk level drie mag zijn. Ik zie dat ook nog wel gebeuren op lange snelwegritten. Dat is voldoende. De meeste eerder genoemde problemen kun je daarmee oplossen. Wat is dan nog het nut van level vier of vijf?” Ouderen rijden liever met vrijwilligers mee, kinderen kunnen prima met de fiets naar school en ongevallen worden ook in niet-zelfrijdende auto’s voorkomen door techniek.”


Vooral toekomst voor fiets

Tot zover Van de Weijers’ betoog voor de slimme auto. Toch is er één probleem dat nog niet is opgelost en dat is de beperkt beschikbare ruimte. “Daarom moeten we er slimmer mee omgaan”. Daarin voorziet niet de auto, maar de fiets. ”Je ziet al bij slecht weer dat het wegennet nog verder dichtslibt. Dat betekent dat bij goed weer blijkbaar veel mensen de fiets pakken en zo de weg relatief vrij houden, anders zou het elke dag zo’n ellende zijn als op een regenachtige dag. Dus fietsers lossen een enorm probleem op; dat moeten we koesteren. Het is goedkoper, gezonder en veiliger.”


Bovendien kan de fiets veel meer mensen per corridor verplaatsen dan bijvoorbeeld trein of metro. Hij noemt de Noord/Zuidlijn als voorbeeld. De bouw van de 9,7 kilometer lange lijn kostte 15 jaar en de kosten liepen op tot 3,1 miljard euro. “Een enorm prestigeproject, totaal niet rendabel. Je had beter een fietstunnel onder de stad door kunnen bouwen. Net als de Uithoflijn in Utrecht of de Hoekse Lijn in Rotterdam. Waarom moet het altijd rail zijn? Een bus had daar veel beter gepast. Of beter nog: laat die mensen lekker fietsen.”

Een studententeam van TU Eindhoven bouwde de duurzame auto Noah van suiker. Foto doo: Bart van Overbeeke Fotografie

Van meer en sneller naar leuker en veiliger

Uiteindelijk vindt de Smart Mobility-onderzoeker dat we het beste kunnen investeren in onze oudste vorm van mobiliteit: lopen. “Als we steden erop inrichten dat je er plezierig en veilig kunt lopen, zijn veel problemen opgelost. Een uurtje lopen per dag is perfect. We moeten van meer en sneller naar leuker en veiliger. In Nederland zijn onze binnensteden goed ontwikkeld om te lopen, in tegenstelling tot veel buitenlanden. Je ziet dat Rotterdam een enorme herontwikkeling doormaakt, Groningen doet het al sinds de zeventiger jaren erg goed. Al met al ben ik best trots op wat Nederland aan het doen is.”