Duurzaam bouwen
Hoe maken we het verschil met natuurinclusief bouwen?
"Maak iemand mede-eigenaar van het idee, dan kom je hem tegemoet in zijn drive"
Door Reinoud Schaatsbergen
We kunnen er niet meer omheen: groen is essentieel voor een leefbare stad. Natuurinclusief bouwen draagt bij aan een gezonde, aantrekkelijke en toekomstbestendige leefomgeving voor mens en dier. Maar hoe maken we iedereen hier bewust van? Het programma DuurzaamDoor bundelt professionals uit diverse hoeken van het werkveld om gehoor te geven aan deze vraag met een Community of Practice (CoP).
Aan de tekentafel
Op 12 februari verzamelden gemeenten, provincies, natuurorganisaties, ontwerpers en bouwbedrijven zich bij Het Overzicht in Zwolle. Hun doel: de transitie naar natuurinclusief bouwen stimuleren door gezamenlijk knelpunten te identificeren en middels de bundeling van expertises tot concrete oplossingen komen. Kortom: hier worden stappen gezet.
Steeds meer organisaties zien namelijk het nut in van natuurinclusief bouwen. In 2050 leeft 75 procent van de bevolking in steden en gezien diverse onderzoeken de noodzaak van natuur voor een gezonde levensstijl bewijzen, is een combinatie van stad en groen onvermijdelijk. Toch blijft een grootschalige overgang uit. Het ontbreken van kennis blijkt hier de grootste factor in te zijn.
Een van de aanwezige provincies beaamde dit. Vanuit haar programma om duurzaam bouwen als nieuwe standaard te nemen, bleek dat daar wel draagvlak voor is. Want groen is goed voor mens en dier, maar duidelijk beleid ontbreekt. Zonder handvatten om mee aan de slag te gaan, heerst er teveel onduidelijkheid (en dus de kans op risico’s) om natuurinclusief bouwen op te pakken. Om dit bij de kern aan te pakken, moet het hokjesdenken worden doorbroken. Oftewel: hoe kom je binnen bij mensen die aan de tekentafel zitten?
Rode draad
De deelnemers gingen in groepen uiteen om de meest prangende vragen te behandelen. Hoewel de vraagstukken varieerde van nieuwe verdienmodellen tot natuurinclusieve gebiedstransformatie, was er één kwestie die telkens terugkeerde: hoe maak je (potentiële) betrokkenen enthousiast over jouw visie? Het antwoord op deze vraag was niet gemakkelijk te vinden. De een zocht hem in een financiële prikkel, terwijl de ander juist heil zocht in het creëren van publiek draagvlak. “Als die er is, volgt de rest vanzelf. Dan maakt de financiële kant vaak niet meer uit,” werd gehoord.
Een consensus werd gevonden in het koppelen van eigen ambitie en motivatie met die van de ander. Concreet: “Spreek niet uit waar jíj mee bezig bent, maar vraag wat de ander doet. Wat is zijn verhaal en kun jij daarmee een link leggen naar natuurinclusief bouwen? Maak hem mede-eigenaar van het idee, dan kom je hem tegemoet in zijn drive.”
Gehoord van deelnemers: ‘Elke keer als groen wordt voorgesteld, wordt het gezien als iets extra’s dat moet worden beheerd’
Gehoord van deelnemers: ‘Er wordt veel nagedacht over verdienmodellen, maar we hebben het nooit over degenen voor wie het is.’
Natuurlijk hangt de kwestie niet enkel aan enthousiasme. De deelnemers signaleerden een overkoepelend probleem: de urgentie voor de natuur ontbreekt. Oplossingen vond men op diverse vlakken, bijvoorbeeld door het beter te branden: “Natuur is grensoverschijdend, dus claim ruimte in je gesprekken en markeer je gebied. Anders ben je jouw invloed kwijt”. Een aanvulling daarop is dat natuurinclusiviteit altijd meelift op andere behoeftes voor de stad, dus probeer het onderdeel van de opgave te maken.
Smaakt naar meer
De bijeenkomst sloot af in een sfeervolle setting en smaakte naar meer. De deelnemers voelden zich gedreven om partijen aan hen te verbinden, waar vooral kansen liggen bij waterschappen, provincies en verzekeraars. Ook bleek dat er al veel goede voorbeelden van natuurinclusief bouwen en groenbeheer zijn. De truc is om die te bundelen en onder de aandacht te krijgen bij besluitmakers. Deelnemers zagen dat positief in: “Je voelt in de samenleving dat het aan het ontstaan is.”
Toewerken naar een integrale visie waarin natuur als standaard geldt, is een doel van deze Community of Practice. We lijken een stapje dichterbij te zijn gekomen. In april is de volgende CoP-bijeenkomst bij Ballast Nedam Development, waarbij de focus weer ligt op het verbinden van groen aan rood en grijs. Hoe? Door elkaars wereld beter te leren kennen, door kennis en ervaring te delen en een beweging in gang te zetten.