Inclusieve leefomgeving wordt kwetsbaar in crisistijd
De coronamaatregelen liggen grotendeels achter ons. De pandemie was voor bijna niemand een makkelijke periode, maar voor mensen met een beperking was het soms nog lastiger. Afstand houden van een ander als je blind bent is bijvoorbeeld erg moeilijk.
Tekst: Manon van Ketwich
Mijke Hartendorp
Mijke Hartendorp is cognitief psycholoog van het Saxion-lectoraat Brain & Technology en deed onderzoek naar de impact van de coronamaatregelen op mensen met een visuele beperking. Dagelijkse activiteiten als boodschappen doen werden als erg stressvol ervaren. “Iemand die blind is loopt normaal gesproken zo’n een keer per week wel tegen iemand aan. Daar voelt diegene zich altijd al wel vervelend over. Meestal verontschuldigde de ander zich dan. Tijdens corona viel die verontschuldiging weg en waren de reacties erg fel. Het lontje werd erg kort. In een crisis worden mensen intoleranter en gaan ze meer naar de regels leven. En dat is juist met een beperking lastiger. Waar blinden en slechtzienden mee worstelden was het feit dan anderen dachten dat ze zich niet aan de maatregelen wilden houden.”
Minder stress door thuiswerken
De pandemie bracht ook onverwachte voordelen met zich mee. “Thuiswerken was voor veel blinden en slechtzienden een verademing. Je zou denken dat dat niets met de fysieke leefomgeving te maken heeft. Maar doordat je niet meer naar je werkplek toe mag, hoef je ook niet te reizen. En juist dat brengt af en toe veel stress met zich mee. Tegelijkertijd zijn er thuis nog steeds beperkingen omdat de thuiswerkplek nog niet goed genoeg is aangepast en omdat online vergaderen niet altijd even goed werkt.”
Nu de maatregelen grotendeels zijn afgeschaft, neemt de zelfstandigheid weer toe. Hartendorp, zelf ook visueel beperkt, heeft nog regelmatig contact met de deelnemers aan haar onderzoek: “Ik hoor dat ze het heel fijn vinden om weer met het OV te reizen. We hebben natuurlijk ook niet echt een gelijkwaardig alternatief. Je kunt met iemand meerijden, maar dan ben je afhankelijk. Of iedereen ook weer zelfstandig naar de supermarkt gaat, weet ik niet.”
Iets basaals als boodschappen doen leverde veel stressmomenten op en af en toe zelfs agressieve reacties. Bovendien werden sommige diensten, zoals het meelopen van een supermarktmedewerken om te helpen bij het boodschappen doen, afgeschaft. “Sommige winkels hadden de klant wel bovenaan staan, maar in veel gevallen wilden de medewerkers die service niet meer verlenen en gaven ze aan dat ze het eigenlijk überhaupt nooit hebben gewild. Het kost natuurlijk veel tijd.”
Geen kant en klare oplossing
Ook buiten was het aanpassen. Maar waar het voor mensen zonder beperking vrij makkelijk was om te weten wat er van ze verwacht werd, was dat voor blinden en slechtzienden heel anders. “Je moet snappen hoe het werkt. En dat is lastig als de regels in elke winkel net anders zijn én ze heel vaak veranderen”, schetst Hartendorp. “Veel winkels plakten bijvoorbeeld stickers op de grond om aan te geven waar je in de rij moest staan, maar die zijn niet te zien als je een visuele handicap hebt.”
“In een crisis worden mensen intoleranter en gaan ze meer naar de regels leven. En dat is juist met een beperking lastiger.”
Zorgde doventolk Irma Sluis tijdens de persconferenties voor meer aandacht voor mensen met een auditieve beperking, dat breidde zich niet uit naar andere beperkingen. Er is dus nog een wereld te winnen, weet Hartendorp. “Het zou goed zijn als dit wordt benoemd bij een persconferentie. Want de meeste mensen denken er gewoon niet bij na hoe mensen met een beperking kunnen deelnemen in een 1,5-metersamenleving.”
Een kant en klare oplossing heeft Hartendorp niet. Ook nu veel mensen hebben ervaren dat ze een zekere afstand als prettig ervaren. Bewustwording lijkt het sleutelwoord. “Blinden en slechtzienden hebben zich altijd aangepast aan de wereld van zienden. Toen de pandemie kwam, moesten ze zich opnieuw aanpassen. En dat was waarschijnlijk op den duur ook wel gelukt, als de pandemie langer had aangehouden. Mocht een nieuwe crisis zich aandienen dan zullen we ervoor moeten zorgen dat er meer bewustwording komt. Daarnaast hoop ik dat men bij het treffen van maatregelen meer rekening houdt met mensen met een beperking.”
Geweldloze communicatie
Hoewel we maar al te blij zijn, dat de coronamaatregelen zijn afgeschaft, weten we dat de toekomst onzeker is. Een nieuwe crisis is niet ondenkbaar. De komende tijd staat in het teken van het vergroten van bewustwording. Zo wordt er gewerkt aan een video over online vergadering, waarin de beperkingen en mogelijkheden worden besproken. “We willen ernaartoe dat het online vergaderen voor iedereen prettiger wordt.” Daarnaast hoopt Hartendorp dat de dienstverlening in supermarkten inclusiever wordt. “En voor mensen met een beperking werken we aan een training geweldloze communicatie, om zo zelf weerbaarder te worden. Met die techniek kan je in een conflictsituatie zorgen voor de-escalatie en op een constructieve manier er met elkaar uitkomen.”
Zorgde doventolk Irma Sluis tijdens de persconferenties voor meer aandacht voor mensen met een auditieve beperking, dat breidde zich niet uit naar andere beperkingen. Er is dus nog een wereld te winnen, weet Hartendorp. “Het zou goed zijn als dit wordt benoemd bij een persconferentie. Want de meeste mensen denken er gewoon niet bij na hoe mensen met een beperking kunnen deelnemen in een 1,5-metersamenleving.”
Het onderzoek ‘De impact van de anderhalvemetermaatregel op het psychosociaal welbevinden van mensen met een visuele beperking en mensen met doofblindheid: Effectieve oplossingen ontwikkeld vanuit een Human-Centered Design’ is een samenwerking van Hogeschool Saxion (lectoraat Brain & Technology), NHL Stenden, Windesheim, de Oogvereniging, Bartiméus, Koninklijke Visio, Robert Coppes Stichting en ervaringsdeskundigen uit de doelgroep, gericht op een inclusievere anderhalvemeter-samenleving. Het onderzoek werd mogelijk gemaakt door een subsidie van ZonMw.