Integrale samenwerking aan de basis van succesproject Fietsen op Zuid

Waar onder hoogopgeleiden gezondheid en beweging belangrijke zaken zijn, is dat in wijken als Rotterdam-Zuid niet het geval. Foto: Shutterstock

“We stuitten op de verkokering binnen de gemeente, het was bijvoorbeeld lastig om de afdeling gezondheid erbij te betrekken.”

Door: Manon van Ketwich

In Rotterdam-Zuid wonen 200.000 mensen, waarvan een groot deel niet of nauwelijks fietst. Het project Fietsen op Zuid probeerde daar de afgelopen jaren verandering in te brengen. En met succes.

Hugo van den Steenhoven was met zijn bedrijf HuGoCycling betrokken bij het project. “Vroeger heb ik bij de Fietsersbond gewerkt, daar hebben we destijds het project Wijken voor de Fiets gedaan. Ook dat project had als doel het fietsen te stimuleren op plekken waar dat nog weinig gebeurde. We kwamen gaandeweg veel problemen tegen waar het project geen oplossingen voor bood. Nadat ik weg was bij de Fietsersbond wilde ik toch iets doen. Samen met Jorn Wemmenhove van Human Kind zijn we plannen gaan maken. Uit cijfers bleek dat in Rotterdam-Zuid weinig werd gefietst. Bovendien had wethouder Langenberg de ambitie uitgesproken om Rotterdam meer als fietsstad te profileren. Toen ook het onderwerp vervoersarmoede steeds meer aandacht kreeg kwam eigenlijk alles bij elkaar.” Onveilige fietsinfrastructuur Rotterdam-Zuid is een grote wijk, waar 200.000 mensen wonen. Er is ook veel armoede, een kwart van alle kinderen leeft in armoede en hebben geen fiets of kunnen niet fietsen. Er wonen ook veel migranten in de wijk en er zijn veel gezondheidsproblemen en de werkloosheid is hoog. “Wie moeilijk van de bank af kan komen heeft de fiets niet nodig”, bevestigt Van den Steenhoven. “Maar dat is zeker niet de belangrijkste reden dat er zo weinig gefietst wordt in deze wijk. Een van de voornaamste redenen is dat de fietsinfrastructuur niet veilig is. Zoals in veel naoorlogse wijken zijn hier veel brede wegen waar de auto dominant is en waar hard gereden wordt. Fietspaden houden op zodra ze de wijk in gaan. Dit alles geeft een onveilig gevoel.”

Boven: Hugo van den Steenhoven Foto: Femke Hoogland

De auto als statussymbool Waar onder hoogopgeleiden gezondheid en beweging belangrijke zaken zijn, is dat in wijken als Rotterdam-Zuid niet het geval. Daar is de auto vaak nog een statussymbool, zoals dat in het Nederland van na de oorlog overal het geval was. “Dit aspect is inderdaad lastig te beïnvloeden”, weet Van den Steenhoven. “Het is een kwestie van de lange adem.” Om het project een zo groot mogelijke kans van slagen te laten hebben, is vanaf het begin de samenwerking gezocht met meerdere domeinen en partijen. En dat bleek lang niet altijd even makkelijk. “We stuitten op de verkokering binnen de gemeente, het was bijvoorbeeld lastig om de afdeling gezondheid erbij te betrekken. Zo stelden we voor dat de docenten van het project lekker Fit ook fietsles zouden geven, maar dat kon niet. Deze coaches gaven alleen sportles. Gelukkig is het inmiddels wel gelukt. We kwamen vaker van dit soort dingen tegen. Elke afdeling van de gemeente maakt een werkplan voor de komende twee jaar. Als jouw voorstel daar niet in past, is het heel moeilijk om het alsnog voor elkaar te krijgen.”

Doorbreek je eigen scheidslijnen De belangrijkste tip die Van den Steenhoven wil geven is om een bottom-up-aanpak te kiezen. “Maar dan wel gefaciliteerd vanuit de gemeente. Overal zijn wel enthousiastelingen te vinden, het is zaak om die om dezelfde tafel te krijgen. En je moet je eigen scheidslijnen doorbreken. Bovendien is het belangrijk dat je goed investeert. Het project moet je een paar jaar kunnen volhouden.”

In Rotterdam kwam het geld ook uit verschillende potjes. “We hebben geld gekregen uit de gezondheidshoek, vanuit mobiliteit en ook uit fondsen als de Mobility Foundation en Stichting de Verre Bergen.”

“Als je de wens hebt om iets met dit onderwerp te doen, dan is dit het moment”

Zoals in veel naoorlogse wijken zijn in Rotterdam-Zuid veel brede wegen waar de auto dominant is en waar hard gereden wordt. Foto: Shutterstock

Er zijn altijd mogelijkheden Zoals gezegd was de inrichting van de infrastructuur een belangrijke belemmering voor het fietsen in Rotterdam-Zuid. Meestal niet iets waar je op korte termijn veel in kunt veranderen. Toch zijn er altijd mogelijkheden. “De Theresiaschool ligt aan een drukke doorgaande weg. De wens van de ouders was om daar een 30-kilometerweg van te maken met een breder fietspad. In eerste instantie kregen we te horen dat dat niet mogelijk was, terwijl ook de wethouder hier voorstander van was. Hij stuitte echter ook op weerstand van zijn ambtenaren. Het mooie is dat er nu toch een voorstel ligt om de weg aan te passen. Onze vraag heeft tot nadenken gestemd en leidt ertoe dat maatregelen toch haalbaar zijn.”

Wind mee Volgens Van den Steenhoven is het succes van Fietsen op Zuid niet alleen te danken aan de inspanningen van de betrokken partijen. Het onderwerp heeft de wind mee. Al was het alleen al omdat gezondheid een speciale positie heeft in de toekomstige Omgevingswet. “De maatschappelijke discussie over gezondheid, beweging, fietsen en lopen helpt zeker mee. Als je de wens hebt om iets met dit onderwerp te doen, dat is dit het moment. Overigens zien we dat pilots uit Fietsen op Zuid in andere gemeenten opgepikt worden. Zo worden in acht gemeenten schoolstraten ontwikkeld waar de auto niet te dicht in de buurt van de school mag komen. In vijf gemeenten worden kinderen die geen fiets hebben alsnog aan een fiets geholpen, een samenwerking met het ANWB kinderfietsenplan. De tijd is er rijp voor.”

Samenwerking Voor het slagen van het project is integrale samenwerking cruciaal. “Partijen die in elk geval zouden moeten meedenken zijn Welzijnswerk in de buurt en de sociale dienst. Maar ook de afdeling Mobiliteit van de gemeente is cruciaal. Verder denk ik aan beheerders van stallingen (bv U-stal en Biciclette)en natuurlijk de ANWB en de Fietsersbond. Het mooie is dat onze ervaringen worden meegenomen in de Fietsalliantie, die de ambities van Rotterdam als fietsstad naar een hoger plan moeten tillen.”

De resultaten

  • 500 vrouwen met een migratieachtergrond hebben leren fietsen.
  • Op twee praktijkscholen zijn fietswerkplaatsen gerealiseerd waar leerlingen een beroep leren én hun fiets kunnen laten repareren.
  • 100 kinderen zijn voorzien van een fiets
  • De gemeente Rotterdam zorgt ervoor dat in een paar jaar alle kinderen het verkeersexamen gaan afleggen

In de uitvoering van een gebiedsgerichte aanpak is samenwerking met lokale organisaties en sleutelfiguren cruciaal