Burgerinitiatief Zwolle zet wél zoden aan de dijk

Voor een natuurinclusieve leefomgeving heb je echt niet altijd de overheid nodig om iets voor elkaar te krijgen. Wie denkt dat het dan per definitie blijft bij een druppel op de gloeiende plaat moet eens een kijkje nemen in Zwolle. Initiatiefnemer Spencer Roozeboom kreeg een heuse beweging op gang met als resultaat, onder meer, 500 groene daken.

Tekst: Manon van Ketwich

Toegegeven, hij is er wel druk mee. Naast een eigen bedrijf gaat het grootste deel van de vrije tijd van Spencer Roozeboom op aan het ontplooien van groene initiatieven in zijn buurt Stadshagen in Zwolle. Het resultaat is er dan ook naar. “We zijn ooit begonnen met zonnepanelen, we kenden dus al een groepje mensen waarvan we wisten dat ze geïnteresseerd waren in duurzaamheid. Deze mensen hebben we benaderd toen we begonnen na te denken over groene daken. Ik heb op Facebook een paar tientjes geïnvesteerd om te kunnen adverteren en dat heeft heel veel reacties opgeleverd.” Roozeboom overdrijft niet. Vijfhonderd huishoudens in Stadshagen, maar ook in andere Zwolse wijken, hebben of krijgen een groen dak, wat neerkomt op 11.000 vierkante meter.

“Misschien dat Covid een handje heeft geholpen”, denkt Roozeboom hardop. “Doordat men meer in en om huis is, andere eisen stelt aan de omgeving. Maar het helpt natuurlijk ook dat je subsidie krijgt.” Wat ook meespeelde is dat Roozeboom, zelf wonend in Stadshagen, de krachten bundelde met Arjan Broer. Broer is Verbindingsofficier bij Natuur voor Elkaar, én betrokken bij het burgerinitiatief 50 tinten groen Assendorp.

Rol gemeente

De gemeente had weinig te maken met het project. Roozeboom: “Ik heb de gemeente wel betrokken gehouden door ze op de hoogte te houden van wat we aan het doen waren.” Broer: “Je hebt het op eigen kracht gedaan en dat is heel knap.” Bij het dakenproject was overigens wel een andere overheid betrokken; het waterschap verstrekte de subsidie.

Het blijkt dat je als burger een heel eind kunt komen, ook zonder directe hulp van de gemeente. Roozeboom geeft toe dat het wel veel tijd kost. “Ik heb weinig vrije uren meer over, dat klopt. En je moet bereid zijn om zelf als eerste nieuwe dingen uit te proberen. We zijn nu bezig met het afkoppelen van regenwater. We zoeken thuis dan zelf eerst alles uit en dat kan ook fout gaan. Mensen die hier ook mee aan de slag willen gaan zou ik adviseren om het supersimpel en laagdrempelig te houden. Zorg voor eenvoudige keuzes. Met de groene daken hebben we twee opties gegeven: een sedumdak of een bloemenweide. ” Broer vult aan: “Je hebt voorlopers als Spencer nodig die durven te springen. Als bewoner ben je veel eerder geneigd om het voorbeeld van je buren te volgen dan te doen wat de gemeente van je wil.”

Aansluiten waar de energie zit

Roozeboom merkt dat de gemeente meer een faciliterende rol krijgt. Dat ze het contact met bewoners opzoeken die kunnen helpen bij het behalen van doelstellingen rond vergroening. “De wijkbeheerder stapt al veel meer op de bewoners af”, constateert Broer. “Die werkwijze past ook in de nieuwe rol van de overheid in de Omgevingswet. Je moet daar aansluiten waar de energie zit. Dat doen we ook met Natuur voor Elkaar. We kijken waar de energie zit, waar we méér van kunnen maken.''

Woningcorporatie

De energie zit voorlopig zeker nog bij Spencer Roozeboom. Hij is nog lang niet klaar met het vergroenen en verduurzamen van zijn eigen omgeving. Momenteel werkt hij met Broer aan de realisatie van een bos in Stadshagen, dit keer met hulp van de gemeente. Daarnaast is Roozeboom in gesprek met een woningcorporatie voor opschaling van het groenedakenproject. “Als dat lukt gaan we in een klap naar 150.000 vierkante meter groene daken. Er zitten echter nog heel wat haken en ogen aan, dus of dat doorgaat is nog lang niet zeker.”

Meten is weten

Wat leveren de vijfhonderd groene daken in Stadshagen en Assendorp op? Vooral in Assendorp een oude wijk met weinig groen is de hittestress in de zomer goed voelbaar. Roozeboom: “Ik merk zelf dat we door deze en andere maatregelen al veel meer dieren in de tuin hebben, maar pas volgend jaar zomer zullen we de eerste echte effecten moeten gaan merken. Zeker omdat momenteel nog groene daken wordt gerealiseerd. Het project Senshagen meet met sensoren zaken als luchtkwaliteit, hitte en wind. Deze data komen online en we hopen daar het effect te kunnen zien. En ik kijk uit naar de eerste satellietbeelden waar de groene daken op te zien zijn.”